Article

Piraten voor de goede zaak

donderdag, 05 Jul, 2018

Volgens sommige mensen zijn het terroristen die onderzoeken en economische bedrijvigheid dwarsbomen en mensenlevens in gevaar brengen. Zelf noemen ze zich de politie op zee, die het niet naleven van internationale verdragen aan de kaak stelt. Geert Vons, directeur Sea Shepherd Nederland: “Mensen mogen ons noemen wat ze willen, maar wij zijn nog nooit veroordeeld, omdat de mensen en schippers die wij op hun gedrag aanspreken, weten dat ze fout zitten.” Een les rebellie, je hart volgen en écht staan waarvoor je vecht.

(Oorspronkelijke publicatie: C #2 - JUNI 2018 - Tekst Sander Grip - Foto Francesca Battilani)

Twaalf jaar waren ze de spreekwoordelijke nagels aan de doodskist van de Japanse walvisvaarders in de Zuidelijke IJszee. Ze maakten inzichtelijk wat niemand tot dan toe had gezien: dat Japan onder het mom van wetenschappelijk onderzoek jaarlijks honderden walvissen afschiet in internationaal erkende mariene reservaten. De meerjarige campagne tegen deze illegale jacht is stopgezet omdat Japan haar vloot inmiddels met militaire machtsmiddelen beschermt. Maar Sea Shepherd is op zoek naar manieren om de strijd te vervolgen. Opgeven staat nou eenmaal niet in het woordenboek dat bij de mensen van Sea Shepherd onder hun hoofdkussen ligt. De organisatie kreeg internationale bekendheid, beruchtheid zo je wilt, met hun acties in de wateren rond Antarctica, maar dat zijn niet bepaald de enige wapenfeiten van de club woeste piraten met het kleine hart. Ze zijn ook succesvol in het dwarsbomen van illegale stroperij in de wateren en mariene reservaten voor de kusten van West-Afrika, Sicilië, Panama en de Galapagoseilanden. Daarbij gaan ze de harde confrontatie nooit uit de weg. Op hun schepen wappert de zwarte vlag met doodskop, een drietand van Neptunus en een wandelstaf van de herder. In de doodskop de silhouetten van een dolfijn en een potvis.

“Een sympathieke verwijzing naar de traditionele piratenvlag”, geeft Vons met een vriendelijk lachje toe. “Het is een ijzersterk beeldmerk, want mensen vereenzelvigen zich ermee. We merken dat in de merchandise, een van onze bronnen van inkomsten voor onze campagnes. Dat loopt als een trein.” In het kantoor van de organisatie nabij het Museumplein in Amsterdam, een kloek pand in Amsterdamse stijl dat al zwart geverfd was vóór Sea Shepherd er zijn hoofdkantoor kreeg, leunt Vons achterover. Hij is naast directeur Nederland ook artistiek leider van de wereldwijde organisatie en kwam dus met het piratenlogo op de proppen. Hij is het prototype activist zoals de media ze graag uittekenen: norse blik, loszittende zwarte kleren, getatoeëerde armen, een lange grijzende baard die hij met elastiekjes bij elkaar heeft geknoopt tot een enorme sik en een tikkeltje recalcitrant in zijn manier van doen en in de opmerkingen die hij maakt. Woeste piraat dus. Maar zodra hij begint te praten wordt al snel duidelijk dat er onder die brede inborst een klein hartje schuilt waarin een grote liefde voor de zee en zeedieren huist.

‘Wij zijn een klein clubje waarin dingen soms ontstaan zonder dat er een uitgekiende strategie achter schuilt’

Geert Vons, directeur Sea Shepherd Nederland

Vastberaden
Vons raakte zo’n 25 jaar geleden betrokken bij Sea Shepherd. Hij studeerde sinologie en in de kroeg waar hij in het weekend werkte, las hij in een magazine over de organisatie. “A marine conservation society for the upholding of international conservation laws. Afspraken en verdragen zijn er genoeg, maar wat heb je eraan als die niet worden gecontroleerd? Sea Shepherd streeft naar de naleving van internationale verdragen. Niet meer en niet minder.” Gegrepen door deze missie komt Vons in contact met de club, die toen geen afdeling had in ons land; het was en is nog steeds een kleine organisatie. Wereldwijd staan er niet meer dan 35 mensen op de loonlijst, waarvan twee in Nederland. Vons wordt contactpersoon voor de overheid in ons land. “Onze schepen varen onder Nederlandse vlag, dus het is handig hier iemand te hebben die met de overheid kan praten. Dat begon met ‘Meneer Vons’, maar al snel werd het ‘Geert’. Wij zijn wat vastberadener in onze campagnes dan andere organisaties, dus ik kom nogal eens op bezoek in Den Haag”, is de uitleg die met een ondeugende blik gepaard gaat. Vaste kern van de uitleg: “Onze regering krijgt weleens klachten over ons, maar dan gaat het altijd om het bekrompen en kortzichtige feit dat twee stukken metaal elkaar geraakt hebben. Ik leg dan netjes uit dat als Japan níet zou jagen, als zij géén jacht zouden maken op ondermaatse walvissen en als zij niet zouden jagen op de plekken waar zij jagen, zoals internationaal erkende walvisreservaten, dat er helemaal geen confrontaties met ons zouden zijn. En dat ik het dus raar vind dat wij van terrorisme worden beschuldigd, terwijl wij alleen maar via de media de aandacht proberen te vestigen op wat er gebeurt.

Wij zijn vasthoudend en durven flink door te zetten, maar uiteindelijk zijn de media ons sterkste wapen. Klaag ons maar aan! Dan komen de feiten op tafel. Dan wordt duidelijk waar en hoe gejaagd wordt, wie erbij betrokken zijn en welke belangen er spelen. En weet je: in díe zin is er nog nooit een rechtszaak tegen ons geweest. Een land als Japan zit er niet op te wachten om ons voor het gerecht te dagen, want dan wordt duidelijk welke schimmige rol zijzelf speelt. Het is zelfs zo dat Japan in 2014 een rechtszaak verloren heeft bij het International Court of Justice, die door Australië was aangespannen op basis van cruciaal bewijsmateriaal dat wij verzameld hadden.”

En zie hier in een notendop de communicatieve visie van Geert Vons en zijn Sea Shepherd: zij staan voor hun zaak en weten het internationale recht aan hun zijde. Als je zeker bent van je zaak, en als je bereid bent daarvoor tot het uiterste te gaan, dan kun je altijd een stevige vuist maken. Hoe groot je tegenstander ook is en hoe dreigend die ook over je heen komt hangen als een boze leraar die een lome puber in het gareel probeert te schreeuwen. Voor Vons is het simpel: Sea Shepherd treedt handhavend op daar waar afspraken, die landen zelf gemaakt hebben, niet nagekomen worden.“Het is niet zo dat wij walvissoorten beschermen omdat we ze mooi vinden. Natuurlijk vinden we het mooie dieren, maar daar gaat het niet om. Deze dieren zíjn beschermd en worden bejaagd daar waar je niet mág jagen. Als er niemand is die dat controleert, dan doen wij dat. Volgens de ‘UN World Charter for Nature’ hebben ngo’s en individuen het recht die bescherming af te dwingen. Dat kunnen en mogen zij doen als niemand anders het doet.” 

De orde van de dag
Maar waarom moet Sea Shepherd doen wat zij doet? Waarom pakken landen niet de handschoen op en treden handhavend op tegen illegale walvisjacht? Vons haalt zijn schouders maar eens op, je kunt niet blijven herhalen dat iets simpel is. “Deze misstanden vinden plaats buiten de territoriale wateren, buiten de economische uitsluitingszones van een land.” Formeel is dat niemands jurisdictie. Maar er komt nog iets bij kijken, meent Vons: “Zakelijke belangen en internationale diplomatieke betrekkingen wegen een stuk zwaarder dan die paar walvissen die ergens rondzwemmen. "Kijk maar naar ons eigen land, onderschrijft hij zijn stelling. Als de minister-president naar Japan gaat op economische missie dan wordt er eventjes voor de vuist weg gezegd dat walvisjacht niet zo netjes is. “En daarna gaan ze snel over tot de orde van de dag.” Je zou er moedeloos van kunnen worden. “Kijk je naar de bescherming van diersoorten en aanwijzing van mariene reservaten, dan klopt het op papier allemaal als een bus. Daar hoeven wij ook niets aan te verbeteren; daar zit het probleem niet. Het probleem zit in de handhaving.” Vons snapt de voor hem halfzachte houding van internationale economische delegaties ergens zelfs nog wel: “Ook de EU en Nederland kunnen hun handen niet wassen in onschuld. Ook wij hebben een krabbel gezet onder al die prachtige verdragen, maar intussen werken we mee aan overbevissing van de zeeën. Achter politieke correctheid schuilt het grote geld. Geen enkel land uitgezonderd. En dan is er weinig animo om andere landen openlijk terecht te wijzen op hun laakbare gedrag.” Het enige dat de milieuorganisatie ertegenover kan stellen is het morele appel en dat doen ze te vuur en te zwaard.

Hart voor de zaak
“Ik wil beesten redden, de oceanen redden. Dan bepaal ik toch zelf wel waar ik mijn spaarzame tijd aan besteed? Daar kan iemand wat van vinden, en dat mag zelfs, maar ik maak de keuzes die voor mij goed voelen. Ik ben ook bereid de gevolgen daarvan onder ogen te zien. Wat ik doe is mijn eigen verantwoordelijkheid. Dat geldt voor iedereen binnen Sea Shepherd. Ik denk dat dit precies is wat je bij veel andere organisaties mist. Zeker als een organisatie groter wordt, kunnen de medewerkers zich verschuilen achter het collectief. Dat kan bij ons niet: in onze ‘global board’ zitten zes mensen en de lijnen zijn kort. Het is bij ons altijd duidelijk wie waarvoor verantwoordelijk is en we zijn bereid onze keuzes en doelen te verdedigen.” Natuurlijk kun je zeggen: lekker makkelijk in een kleine organisatie. Maar waarom zou het anders zijn, of per se anders móeten zijn, als de organisatie groter wordt? Korte lijnen en een duidelijke verdeling van de verantwoordelijkheden is voor elke organisatie belangrijk. Dat staat of valt voor Vons wel met de toewijding die medewerkers hebben met de doelen en producten van de organisatie. 

“Tot nu toe is iedereen die ooit bij Sea Shepherd gewerkt heeft erbij gekomen vanuit hun intrinsieke motivatie: hun gevoel, doel en inzet sluiten volledig aan op datgene waar wij voor staan.” Die toewijding, op die manier hart voor de zaak hebben, is essentieel. Zeker voor een ideële club, al geldt het voor een multinational net zo goed. Toch is die toewijding bijna een unicum. Vons: “Ik ken geen andere organisatie waar de medewerkers en vrijwilligers zo nauw betrokken zijn bij het doel en de manier van werken als bij ons. Ik kijk met verbazing naar al die managers die het ene jaar bij de ene club zitten en het jaar erop voor een totaal andere organisatie werken. Ik snap dat niet. Ik zou nergens anders kunnen werken, simpelweg omdat mijn hart ligt bij de doelen waar Sea Shepherd voor staat. Het is verdomde handig als je die toewijding hebt. Ik weet van iedereen binnen onze organisatie dat ze er volledig voor gaan. Zij leggen hun hartstocht niet neer als ze om vijf uur naar huis gaan. En als je die toewijding hebt, dan maakt het niet meer uit hoe groot de oppositie of weerstand is. Sorry, wij doen wat wij doen omdat wij staan waarvoor wij staan. "En natuurlijk is waardering prettig, vindt Vons. Al was het maar omdat waardering leidt tot discussie en steun. “Maar wij opereren op basis van een intrinsieke drijfveer die losstaat van waardering. Wij volgen ons hart. En ik merk dat dit bij een steeds grotere groep mensen aanslaat. Mensen zijn wars van beloftes die niet waargemaakt worden, van plannen die niet gerealiseerd worden. Duidelijkheid geven in wat je doet en knokken voor je idealen. Dat spreekt aan, ook al zijn er niet veel mensen die zélf bereid zijn zo voor hun idealen te strijden als wij doen. En dat vind ik prima. Net zoals ik het prima vind als je niks met ons ophebt. Ik geloof in wat ik doe en kan en wil mijn daden op niemand anders afschuiven. Dat is het belangrijkste dat ik mee kan geven: probeer naar jezelf te kijken en te luisteren, zoek jouw authentieke drijfveer en doe de dingen vanuit de gedrevenheid die je in je hebt. Dat is ook het archetypische dat Sea Shepherd in zich heeft en dat elke andere organisatie in zich zou moeten hebben.”

‘Wij opereren op basis van een intrinsieke drijfveer die losstaat van waardering’

Geert Vons, directeur Sea Shepherd Nederland

Positionering
Sea Shepherd is de club van de ruwe bolsters, blanke pitten. Dit zijn de mannen en vrouwen die een directe confrontatie nimmer uit de weg gaan. Die in hun winkel tussen de t-shirts en koffiemokken met olijk piratenlogo een poster hebben hangen waarop staat welke walvisvaarders geramd zijn en welke tot zinken gebracht. Het valt niet te ontkennen dat er een vleugje piraterij stroomt door de aderen van Vons en zijn kompanen. En dat doet Vons dan ook geenszins: “Natuurlijk stellen wij ons op als partij die letterlijk strijd levert voor al die zeedieren die zichzelf niet kunnen beschermen tegen menselijke uitbuiting. Maar wij zijn een klein clubje waarin dingen soms ontstaan zonder dat er een uitgekiende strategie achter schuilt. Neem ons logo, die piratenvlag. In het Engels noemen ze illegale walvisjacht ‘pirate whaling’. Dan is de stap snel gezet naar deze vlag, waarin de dolfijn en de potvis als een soort yin-yangsymbool staan voor het leven in de zeeën.” Hij is gelijk wel zo eerlijk te bekennen dat de haring een stuk minder tot de verbeelding spreekt dan de potvis. Ook Sea Shepherd moet aan haar positionering denken, zullen we maar zeggen, en ze wil uitstralen dat er met hen niet te sollen valt. Toch spreekt Vons een doordachte marketingstrategie nadrukkelijk tegen: “Het is achterafpraat. Als ik ernaar kijk, denk ik: natuurlijk heb ik geen zwerm krill getekend. Daar krijgt niemand warme gevoelens bij. Ik wilde een krachtig statement dat afschrikt. Vergeetm niet dat wij opereren in een ruwe wereld. Op de visafslag in Urk staan mannen met klauwen als voorhamers. Dan moet je niet met een of andere regenboogvlag komen aanzetten, om maar eens een dwarsstraat te noemen.”

Dat juist deze vlag bijdraagt aan het imago van Sea Shepherd als terroristische bende schorriemorrie, laat Vons volkomen koud. “Ja, dat wordt vaker gezegd over ons. Nee, die mensen weten niet waar ze het over hebben. Terroristen gaan heel willekeurig te werk en maken slachtoffers die niet verbonden zijn met het doel dat ze nastreven. Wij gaan juist supergericht te werk en we richten ons alleen op de overtreders van bepaalde wetten. Terroristen opereren in de anonimiteit, wij staan allemaal met naam en toenaam op internet. En tot slot willen wij ons doel niet bereiken door angst in te boezemen, maar juist door te laten zien wat er gebeurt. De confrontaties die plaatsvinden, kunnen er wel heftig uitzien maar zijn in zichzelf geen terroristische daden.” Vons trekt ineens fel van leer: “Weet je, de meeste mensen die schande spreken van ons zijn lui met te veel vrije tijd die midden in de nacht scheldkanonnades op internet spuien. Moet ik me daar druk om maken? Moet ik daarop reageren? Ik laat veel links liggen en volgens mij zouden meer partijen dat moeten doen. Je voelt aan of een reactie serieus is of niet. Je ziet het al aan het aantal spelfouten dat in een bericht zit. Wij zijn een kleine organisatie en hebben simpelweg niet de luxe om ons overal mee bezig te houden.” Het is misschien een vorm van webcare die ingegeven is door de omvang van zijn organisatie, maar de hoofdknik die Vons geeft, impliceert dat ook grotere organisaties zich af en toe mogen afvragen of ze zich niet veel te druk maken om veel te veel zaken die er uiteindelijk veel te weinig toe doen.

Delen

Gerelateerde teksten